Frequentie – en ernstgraden

Tot en met 2016 (arbeidsongevallen 2015) verliep de jaarlijkse bevraging van de uitzendsector door PI via mail of per post. Sinds 2017 gebeurt ze online via de internettool PI-A op www.pi-a.be.

Om de evolutie van arbeidsongevallen goed te kunnen interpreteren en te vergelijken tussen verschillende jaren, maakt men gebruik van de indicatoren frequentiegraad en ernstgraden. Deze indicatoren houden zowel rekening met de absolute cijfers (aantal arbeidsongevallen, aantal dagen arbeidsongeschiktheid …), als met het aantal gepresteerde uren (het aantal uren dat de uitzendkrachten zijn blootgesteld aan het risico op een arbeidsongeval). De frequentiegraad en ernstgraden worden gedefinieerd in Codex bijlage II.1-3.

Meer informatie vind je in circulaire CIN 2016 02 Jaarverslag.

Opmerking:

Je vindt een schat aan statistische cijfers over andere sectoren en alle werknemers in België (privé en publiek) op de website van Fedris (het vroegere Fonds voor Arbeidsongevallen)

Frequentiegraad

De Frequentiegraad Fg is een maat voor het aantal arbeidsongevallen (met minstens 1 dag arbeidsongeschiktheid, de dag van het ongeval niet inbegrepen) van een groep werknemers (bvb. uitzendkrachten) gedurende een bepaalde periode (meestal 1 jaar).

Fg is het aantal arbeidsongevallen vermenigvuldigd met 1 000 000 en gedeeld door het aantal uren gewerkt door de werknemers in 1 jaar.

Fg = ( totaal aantal arbeidsongevallen x 1 000 000) / aantal gepresteerde uren

Voorbeeld:

Een Fg van 50 betekent:

  • 1 (voltijdse) werknemer op 12 was dat jaar slachtoffer van een arbeidsongeval (met minstens 1 dag arbeidsongeschiktheid)
  • Bijna 8 arbeidsongevallen per werknemer gedurende een volledige loopbaan (voltijds, 40 jaar)
Werkelijke ernstgraad

De werkelijke ernstgraad Weg is een maat voor de ernst van de ongevallen van een groep werknemers gedurende een bepaalde periode.

Bij de Weg houdt men enkel rekening met de werkelijke dagen afwezigheid op het werk ten gevolge van de arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door de arbeidsongevallen

Het aantal (kalender)dagen arbeidsongeschiktheid is het aantal dagen dat door de arbeidsongevallenverzekeraar vergoed wordt en komt overeen met het aantal kalenderdagen (zaterdag en zondag + feestdagen, exclusief dag van ongeval) dat de werknemer met een arbeidsongeval afwezig is  ten gevolge van dit ongeval.

Weg is het totaal aantal kalenderdagen arbeidsongeschiktheid van alle werknemers samen, vermenigvuldigd met 1 000 en gedeeld door het aantal uren gewerkt door de werknemers in 1 jaar

Weg = ( totaal aantal dagen arbeidsongeschiktheid x 1 000) / aantal gepresteerde uren

Voorbeeld:

Een Weg van 1,5 betekent:

  • Bijna 3 dagen arbeidsongeschiktheid tijdens 1 jaar voor elke voltijds tewerkgestelde werknemer
Globale ernstgraad

De globale ernstgraad Geg is een maat voor de ernst van de ongevallen van een groep werknemers gedurende een bepaalde periode (1 jaar).

Bij de Geg houdt men naast de werkelijke dagen afwezigheid op het werk ten gevolge van de arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door de arbeidsongevallen, ook rekening met de blijvende arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door deze ongevallen.

Die blijvende arbeidsongeschiktheid drukt men uit in “forfaitaire dagen”. Hoeveel forfaitaire dagen overeenkomen met welke blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgelegd in tabel D van Codex bijlage II.1-4;

Bijvoorbeeld:

  • Dodelijk arbeidsongeval of 100% blijvende arbeidsongeschiktheid is 7500 forfaitaire dagen
  • Iemand met 5% blijvende arbeidsongeschiktheid is 375 forfaitaire dagen
  • Verlies van een duim is 1700 forfaitaire dagen
  • Verlies van een vinger is 825 forfaitaire dagen
  • Verlies van gezicht aan één oog is 2800 forfaitaire dagen

Geg is het totaal aantal kalenderdagen arbeidsongeschiktheid PLUS het aantal forfaitaire dagen, vermenigvuldigd met 1 000 en gedeeld door het aantal uren gewerkt door de werknemers in 1 jaar

Geg = (aantal dagen arbeidsongeschiktheid + aantal forfaitaire dagen)  x 1 000 / aantal gepresteerde uren.



PI-A logo